Een gezinshuis is een kleinschalige vorm van jeugdhulp voor kinderen en jongeren die (tijdelijk) niet meer bij ouders, in een pleeggezin of zelfstandig kunnen wonen. Een gezinshuis is een gewoon huis in een gewone buurt, waar gezinshuisouders (echtpaar of samenwonend stel) kinderen opvangen. Van één van die gezinshuizen komt de volgende blog.
“Dat gaat mij nooit lukken. Helaas.” Dit is een uitspraak van een 10-jarige jongen, als hij pas bij ons komt wonen. Hij heeft het over les krijgen op een reguliere middelbare school. Hij zit al zijn hele leven op het speciaal onderwijs en ook daar gaat het niet goed. Hij heeft veel meegemaakt. Heel veel. Veel meer dan een jongen van 10 jaar zou moeten meemaken. Sterker nog, veel meer dan iemand in zijn hele leven zou moeten meemaken. Het gedrag dat hij hierdoor laat zien zorgt ervoor dat hij niet kan laten zien, wat hij echt kan op school. En toch, achter dat gedrag zit een lieve, warme, slimme en sociale jongen. Zijn gedrag is een masker. We gaan samen aan de slag om hem te leren dat hij dat masker niet nodig heeft. We bieden hem een thuis; een stabiele, veilige plek. Een plek waar je jezelf mag zijn met al je goede en minder goede eigenschappen. Een plek waar er naar je geluisterd wordt en waar we er altijd voor je zullen zijn.
We weten dat dit een weg van vallen en opstaan wordt en dan heb ik het niet alleen over hem. Wij zullen ook regelmatig op onze snufferd gaan. Dat is echter ook een mooi leermoment voor hem. Als wij de mist in gaan, dan kunnen we hem leren dat fouten maken geen probleem is. Als je zelf maar inziet dat je iets op een niet optimale manier hebt aangepakt en dit herstelt met de ander. Dat is groei. Voor ons, voor hem.
We bespreken ons plan met hem, met de leerkracht van het speciaal onderwijs (wat overigens een bijzondere naam is, want op het speciaal onderwijs is er meer individuele aandacht voor de leerlingen. Dit maakt voor ons het speciaal onderwijs zoals onderwijs hoort te zijn. In dat opzicht is het regulier onderwijs eigenlijk het speciaal onderwijs), maar ook met de middelbare school, waar hij heen wil. Kunnen ze hem straks ondersteunen in de overgang? Kunnen ze hem begeleiden in de problemen die hij mogelijk heeft? Iedereen wil meewerken en de neuzen gaan dezelfde kant op.
Wat houdt het plan in? Als hij het echt wil, dan gaan we hem helpen om te kunnen starten in het reguliere voortgezet onderwijs. Dit doen we door hele korte lijnen met de leerkracht op te zetten, hem bewust te maken van zijn gedrag en het effect op zijn omgeving. Het allerbelangrijkste: we zijn een stabiele factor voor hem. We zeggen wat we doen en doen wat we zeggen. Als hij ons nodig heeft, dan zijn we er voor hem. Hij wil niets liever dan ervoor gaan. Hij hoort de verhalen van onze eigen kinderen over hun middelbare school. Hij hangt aan hun lippen. Hij gaat zich aan hun spiegelen. Stapje voor stapje gaat hij vooruit. Niet alleen in resultaten, maar vooral in zijn gedrag. Ook zijn verbeterde gedrag wordt weer met hem besproken. Hij ziet ook nu wat het effect op zijn omgeving is en dit ervaart hij als een beloning. Langzaam zien we het masker loskomen. Ineens schieten de resultaten de lucht in. Zijn gedrag is 180 graden omgedraaid. Hij gaat als een trein.
We melden hem aan bij dezelfde middelbare school als waar onze eigen kinderen zitten. Hij vindt het spannend. Is het genoeg geweest? Heb ik laten zien wat ik kan? Is het me toch gelukt?
Dan valt er een brief op de mat. Een brief van de middelbare school. Uiteraard wisten we stiekem wel wat er in stond. Maar toch, ook wij voelen spanning als hij de brief opent. Er wordt wel eens gevraagd hoe oprecht geluk eruit ziet. Wij weten het nu. Het ziet er uit als een jongen die in 1,5 jaar zijn hele houding heeft veranderd. Die kei- en keihard gewerkt heeft om iets te bereiken en dan leest op een simpel A4-tje dat het hem gelukt is. Zijn vreugdeschreeuw snijdt door onze ziel en zijn woorden maken ons blij: “Ik had nooit gedacht dat ik dit ooit zou kunnen, ik ben zo trots op mezelf.”
Moeten we nog uitleggen waarom we een gezinshuis runnen?